Sport en motivatie hebben altijd al een haat-liefdeverhouding gehad. Sporten is heerlijk en het voldane gevoel achteraf is nog lekkerder. Maar dat beginnen blijft altijd een dingetje. Vooral als je uit de routine bent of na een lange werkdag je zelf op gang moet trekken. Met deze tips kom jij wél van de bank af.
1. Doe wat je leuk vindt
Het klinkt heel voor de hand liggend, maar toch doet niet iedereen het. Wil je bijvoorbeeld afvallen en móet je van jezelf gaan hardlopen terwijl je er niks aan vindt? Kies dan lekker wat anders. Vaak hou je dingen veel beter vol als je het leuk vindt. Kinderen die je elke dag ziet voetballen doen dat ook niet als ze er niks aan vinden. Toen je vroeger een sport koos ging je toch ook niet op korfbal terwijl je eigenlijk tennisser wilde worden? Precies!
2. Ga samen sporten
Je team laat je niet in de steek, toch? Daarom is het makkelijker om een stok achter de deur te hebben in de vorm van een sportmaatje. Als de één wil afhaken is het de taak van de ander om toch te gaan. Sowieso is samen het sporten beleven ook gezelliger.
Samen sporten werkt altijd beter. Gezellig wat keuvelen én een goede work out doen.
3. Stel een doel
Als je elke training als los iets ziet, dan is het lastiger om de motivatie op te brengen. Want wat maakt die ene training nou uit? Je kan toch morgen ook gaan… Als je training onderdeel is van een groter geheel is de kans kleiner dat je de training overslaat. Als onderdeel van een schema of doel pak je dan elke training gewoon mee. Je weet namelijk dat die training nodig is om je doel te halen. Dan kan het daar achteraf in ieder geval niet aan liggen.
4. Ga toch, ook al ga je maar 5 minuten
De training op zich is vaak niet zo’n probleem. Maar jezelf gereed maken in je outfit en naar buiten gaan, daar knelt het vaak. Spreek met jezelf af dat als je écht niet wilt, je in ieder geval 5 minuten gaat. Dan heb je in ieder geval de moeite gedaan en kom je toch voldaan terug. Plus als je eenmaal in je outfit buiten staat en je een beetje opgewarmd bent, grote kans dat je dan toch wat langer gaat.
Stel de downtimer van je horloge in op 5 minuten. Dan heb je het in ieder geval geprobeerd en misschien ga je na die 5 minuten nog wel even door.
5. Maak van je sportmoment een routine
Dit is misschien de lastigste, maar wel de meest doeltreffende. Waarom ben je wel elke dag op tijd op school of werk, maar als je jezelf op gang moet trekken om te trainen dan kom je vaak te laat. Is het te vrijblijvend? Als je van je sportmoment routine maakt, dan wordt het steeds makkelijker. Je bouwt het in je weekplanning in en je kunt er dus niet onderuit. En houd het realistisch. Je hoeft niet direct te starten met 5 of 6 keer per week. 1 of 2 vaste sportmomenten is al een grote stap!
Succes!